Een rechtszaak over geld tussen een touringcarbedrijf en een ingehuurde chauffeur is in het voordeel van die laatste uitgevallen. De zaak draaide om de vraag of het bedrijf de chauffeur een schadevergoeding verschuldigd was vanwege een wanprestatie. 

Het ging om een factuur van een kleine 1.300 euro. Het bedrijf was dat bedrag op zich wel verschuldigd, maar verrekende het met een schadevergoeding die het meende van de chauffeur te moeten krijgen. Het ging om een bedrag van iets meer dan 1.500 euro, dus na die verrekening zou de chauffeur het bedrijf nog ruim 200 euro moeten betalen. Met die lezing was hij het echter niet eens, wat resulteerde in de rechtszaak.

De man zou een wanprestatie hebben geleverd door een busrit niet uit te voeren vanwege problemen met het voertuig. Specifiek ging het om een niet goed functionerende deur, waardoor veilig vervoer niet gegarandeerd kon worden. In plaats van hierover te communiceren met zijn opdrachtgever, zou hij naar huis zijn gegaan. De man zegt zelf wel contact te hebben gezocht met een hem bekende contactpersoon bij het bedrijf, waarvan later pas duidelijk werd dat die er niet meer in dienst was.

Geen papieren gevonden

Het touringcarbedrijf wijst op een map met papieren in de bus, waarop ook het juiste telefoonnummer staat dat in gevallen als deze gebeld moet worden. De ingehuurde chauffeur zegt dat hij naar die documenten heeft gezocht, maar dat ze niet aanwezig waren in de bus. Volgens de opdrachtgever had hij in dat geval helemaal niet mogen rijden.

Het gaat er voor de rechter vooral om of de chauffeur genoeg heeft gedaan om de problemen op te lossen. De rechter vindt van wel. Op de schriftelijke ritopdracht stond namelijk geen telefoonnummer dat in geval van problemen kon worden gebeld. Ook stond niet vermeld dat bij zo’n calamiteit altijd contact moet worden opgenomen met het touringcarbedrijf, of dat er papieren in de bus liggen waar de benodigde contactinformatie op staat.

Schadeclaim niet onderbouwd

De rechter vindt dat het touringcarbedrijf de chauffeur een duidelijkere instructie had moeten meegeven voor een probleem zoals zich dat juist in dit geval aandiende. Daar komt nog bij dat er wel wordt beweerd dat er schade is geleden door het handelen van de ingehuurde chauffeur, maar dat het bedrag dat wordt genoemd niet is onderbouwd. Er is dus geen sprake van recht op schadevergoeding. Het bedrijf moet de factuur van de touringcarchauffeur gewoon betalen, oordeelt de rechter.