Zorgvervoer tientallen miljoenen duurder door afschaffen BPM-teruggave
Het afschaffen van de BPM-teruggave voor taxi’s zal ertoe leiden dat zorgvervoer per jaar tientallen miljoenen euro’s duurder wordt. Ook zal het voorgestelde milieu-effect van de maatregel minimaal zijn. Dat blijkt uit onderzoek dat Ecorys uitvoerde in opdracht van brancheorganisatie KNV Taxi en Zorgvervoer.
In oktober vorig jaar bleek uit het regeerakkoord dat het nieuwe kabinet het belastingstelsel wilde hervormen. Onderdeel daarvan was het afschaffen van de BPM-teruggaveregeling voor taxivoertuigen. Voor taxi-ondernemers biedt deze regeling inzake de belasting op personenauto’s en motorrijtuigen een belangrijk voordeel bij de aanschaf en afschrijving van een taxi. De BPM kan variëren van enkele duizenden tot enkele tienduizenden euro’s, afhankelijk van het soort voertuig en zijn gewicht.
58,7 miljoen euro extra
Het vermoeden is dat de regering het afschaffen van de regeling als milieumaatregel heeft bedoeld die de schatkist jaarlijks tientallen miljoenen moet opleveren. Omdat een toelichting op het plan ontbrak, heeft KNV door Ecorys een onderzoek laten verrichten naar de consequenties van de maatregel. Daaruit bleek dat het afschaffen van de BPM-teruggave alleen de KNV-leden per jaar al 58,7 miljoen extra zal kosten.
“Dat lijkt goed nieuws voor de overheid, maar het overgrote deel van de kosten komt terecht bij publiek gefinancierd zorgvervoer, in Nederland goed voor twee van de drie taxiritten. Ecorys laat zien dat de kostprijs van rolstoelvervoer en in andere taxibussen met 13,9 procent stijgt. Dit betekent dat de publieke sector vele tientallen miljoenen euro per jaar meer kwijt is”, aldus KNV.
Piek in aankopen in 2019
Ook het beoogde milieu-effect van de maatregel is volgens Ecorys minimaal omdat er met de taxi’s een betrekkelijk kleine groep wordt uitgepikt. Nederland telt zo’n 18.300 taxi-personenbussen, nog geen 2,2 procent op het totaal van voertuigen tot 3.500 kilo. De circa 9.000 personenauto’s die als taxi rijden vormen een nog veel kleiner aandeel van de totale Nederlandse vloot van 8,2 miljoen. Tegelijk rijden er nu al relatief veel taxivoertuigen op schonere brandstoffen en lopen er diverse projecten om dat aantal fors uit te breiden richting uitstootvrij vervoer.
Als de BPM-vrijstelling in 2020 wordt afgeschaft, zal dat volgens KNV in 2019 tot een piek in de aankoop van nieuwe taxi’s leiden en een sterk verminderde vervanging in de jaren daarna – wanneer juist de doorbraak van elektrische auto’s wordt verwacht. Omdat bussen op diesel een lagere BPM hebben dan bussen op gas, voorziet KNV dat er op korte termijn juist weer meer op diesel zal worden gereden.
Afschaffen vrijstelling herzien
De kans is volgens KNV aanzienlijk dat een kostenstijging van het zorgvervoer met bijna 14 procent zal leiden “tot een verdere verschraling van de voorzieningen voor mensen die op deze vervoersvorm zijn aangewezen.” Hubert Andela, directeur en secretaris Taxi- en Zorgvervoer bij KNV: “We preken niet voor eigen parochie. Cliëntorganisaties, koepels van verenigingen van mensen met een beperking en ouderenorganisaties onderschrijven onze verwachting. Ze steunen het pleidooi om de afschaffing van de BPM-vrijstelling voor taxivoertuigen te herzien, vanwege de te verwachten negatieve effecten op het vervoer van mensen met een beperking.”
Lees ook:
