VNG: financieel risico decentralisatie AWBZ onaanvaardbaar
De decentralisatie van AWBZ-taken naar de Wmo wordt 1 januari 2015 van kracht. Het gaat hierbij onder meer om AWBZ-vervoer. Bestaande AWBZ-cliënten houden in beginsel hun oude rechten tot eind 2015. De bezuinigingen op de nieuwe Wmo-taken gaan echter al in per 1-1-2015. Gemeenten dragen het volledige financiële risico en dat is voor de VNG niet acceptabel.
Het punt kwam vorige week aan de orde in een bestuurlijk overleg tussen een VNG-delegatie onder leiding van Erik Dannenberg en staatssecretaris Martin van Rijn (VWS). Het gesprek over de decentralisatie van AWBZ-taken en de nieuwe Wmo wordt medio september vervolgd.
Niet uitvoerbaar
Gemeenten dragen het volledige financiële risico, tenzij het ze lukt om alle overgangscliënten nog voor 1 januari 2015 te herbeoordelen én cliënten niet in beroep gaan tegen het nieuwe aanbod. “Dat is niet uitvoerbaar en niet realistisch”, vindt de VNG.
Pas nadat gemeenten hun nieuwe Wmo-verordening hebben vastgesteld (1 november 2014), kunnen zij cliënten een nieuwe beschikking geven. Gemeenten kunnen onmogelijk in twee maanden tijd alle oude AWBZ-cliënten individueel spreken en van een nieuw aanbod voorzien.
Financiële compensatie
Gemeenten vragen om financiële compensatie voor 2015 zoals dat bij de Jeugdwet is geregeld. Het overgangsrecht zoals dat er nu ligt, is voor de VNG onaanvaardbaar.
De VNG heeft de staatssecretaris bovendien gevraagd om ruimte in de wet voor generieke maatregelen, zoals aanpassing van groepsgrootte bij dagbesteding of het samenvoegen van voorzieningen of doelgroepen. Gemeenten kunnen dan afspraken maken met aanbieders zonder dat zij alle cliënten individueel moeten spreken.
Overgangsrecht HH
De nieuwe Wmo bevat geen overgangsrecht voor cliënten huishoudelijke hulp (HH). De verplichtingen van een gemeente zijn afhankelijk van de inhoud van de indertijd verleende beschikking. Bij beschikkingen die voor langere (of zelfs onbeperkte) duur zijn verleend, krijgen gemeenten op grond van de Awb mogelijk te maken met overgangstermijnen die langer duren dan tot eind 2015. Dat terwijl de bezuiniging op de HH groter is dan die op de AWBZ-taken.
De VNG pleit er daarom voor om voor HH-cliënten de overgangstermijn in de Wmo te maximeren op 31 december 2015. (Ervan uitgaand dat gemeenten in 2013 al kunnen starten met het herbeoordelen van cliënten.)
Macrobudget Wmo
Het is van groot belang dat gemeenten in de septembercirculaire een beeld krijgen van het beschikbare Wmo-budget in 2015. De VNG en VWS hebben afgesproken dat het macrobudget wordt gepresenteerd als voorlopige berekening van VWS waarover nog geen overeenstemming is bereikt.
De Algemene Rekenkamer krijgt opdracht te toetsen of het budget (te weten € 6,2 miljard) op de juiste manier is berekend.