Flink meer en verbeterd Wmo-vervoer in Gooi en Vechtstreek

Contractvervoer onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is in de Gooi en Vechtstreek sterk toegenomen en kwalitatief verbeterd. Dat blijkt uit het jaarverslag Wmo-taxi dat precies de periode bestrijkt dat De Vier Gewesten – een combinatie van vervoerders Besseling, Hop en Verhoef – voor de regio op de grens van Noord-Holland en Utrecht is gaan te rijden.

Het aantal ritten nam op jaarbasis met 17,5% toe tot bijna 39 duizend. Dit terwijl deelnemers niet meer dan vijfhonderd zones mochten doorkruisen. De Wmo regelt dat mensen met een beperking ondersteuning krijgen. Ouderen, gehandicapten of mensen met psychische problemen krijgen bijvoorbeeld huishoudelijke hulp,  rolstoel of specifiek vervoer.

Terugbelservice

Gooi en Vechtstreek noteerde minder klachten terwijl klanten zich over de dienstverlening in het algemeen zeer tevreden toonden, meldt het jaarverslag. De telefooncentrale bleek veel beter te werken net zoals de terugbelservice, die in bijna driekwart van de gevallen correct aankondigt dat er binnen tien minuten een taxi zal arriveren. Ook gewaardeerd door de doelgroep worden de nieuwe taxizuilen bij ziekenhuizen.

Minder oneigenllijk gebruik

Oneigenlijk gebruik van de taxi (zoals naar werk of dagbesteding) nam na gesprekken met zorginstellingen behoorlijk af. Gemeentes kunnen zelf de accenten van het Wmo-beleid vormen. Voorheen viel het vervoer onder toezicht van de provincies.

De Hilversumse wethouder Van der Want over de gepresenteerde resultaten: “Natuurlijk kan het nog altijd beter. Maar met deze resultaten kunnen we tevreden zijn. De meerwaarde van regionale samenwerking in het contractbeheer is hiermee bewezen.”

Kwaliteit

Van der Want vindt het vooral van belang dat de ondersteuning die de gemeenten biedt aan mensen die dat echt nodig hebben, ook van goede kwaliteit is. “Dat gebruikers nu vinden dat de service verbeterd is, daar ben ik trots op. Dat onze samenwerking daarnaast een besparing oplevert is natuurlijk helemaal mooi. Zowel voor gebruikers als gemeenten is het van groot belang dat we hiermee doorgaan”, aldus de wethouder.