Data over het rijgedrag van taxichauffeurs kan worden gebruikt om de rijprestaties te verbeteren. En dat kan weer helpen om verzekeringspremies omlaag te krijgen. Dat is het idee achter Drivestar, dat via een samenwerking met Cabman de Nederlandse taximarkt wil bedienen.

Drivestar stamt uit Slovenië en vond via de Nederlandse CEO Jacob Westerlaken ook de weg naar de markt in ons land. De basis van het concept is dat bedrijven met eigen wagenparken inzicht krijgen in de rijprestaties van hun chauffeurs, zodat die prestaties kunnen worden verbeterd. Dat komt de efficiëntie en veiligheid ten goede. Bovendien geeft het bedrijven een instrument om aan verzekeraars te laten zien dat premies verlaagd kunnen worden.

Daar is zeker in de Nederlandse taxisector een enorme behoefte aan. De premies voor verzekeringen zijn de laatste jaren de pan uitgerezen. Veel goedwillende taxiondernemers wijten dat aan concurrenten die het met hun rijstijl wat minder nauw nemen en dus veel schades rijden. Omdat er nu geen onderscheid wordt gemaakt binnen de sector, zijn de premies voor heel veel bedrijven verhoogd. De oproep om onderscheid te maken tussen taxi’s die vaak schade claimen en zij die dat niet doen, klinkt al langer.

Voorzichtig met introductie van score

Drivestar wil de bedrijven daar ook een instrument voor in handen geven. 

“Het idee om chauffeurs een score te geven op basis van hun rijprestaties is op zich niet nieuw, maar wij hebben daar wel een paar belangrijke zaken aan toegevoegd”, legt marketing director Edward Hissink uit. “Zo zijn wij heel voorzichtig met de introductie van die score. Door dat uitgebreid te onderbouwen en op te bouwen, zorg je ook dat chauffeurs en verzekeraars die scores veel beter accepteren en dat ze er zelfs nieuwsgierig naar worden. Want als je zomaar een zes of een acht krijgt, ga je jezelf toch afvragen of dat wel echt ergens op gebaseerd is. Bij ons is dat zeker het geval, want we gaan dus niet over één nacht ijs.”

In gesprek met de verzekeraar

Ongeveer een jaar geleden kwam Drivestar voor het eerst in gesprek met Nederlandse taxiondernemers. Daaruit kwam het beeld naar voren van een bedrijfstak die heel veel denkt te kunnen besparen op verzekeringskosten, maar daar niet echt de middelen voor heeft. “Daar kunnen wij dus bij helpen”, legt Hissink uit. “Met ons product kunnen die taxiondernemers aan hun verzekeraars laten zien wat het rijgedrag van de chauffeurs is. Dan heb je echt iets om met elkaar over in gesprek te gaan. Daarnaast is het natuurlijk een goede manier om binnen het bedrijf zelf meer bewustzijn voor het eigen rijgedrag van chauffeurs te creëren en daar vooruitgang in te boeken.”

De score wordt op basis van een aantal aspecten bepaald en de bedrijven krijgen daar uitgebreide terugkoppeling op. De eerste component betreft de snelheden waarmee gereden wordt, afgezet tegen de geldende maximumsnelheden. Punt twee is hoe vaak en hoe hard er wordt opgetrokken en punt drie is hetzelfde als punt twee, maar dan met betrekking tot het remmen. Zaken als drukte op de weg en de weersomstandigheden spelen mee in het bepalen van de uiteindelijke score.

Data uit boordcomputer taxi

De coronacrisis zorgde vervolgens voor vertraging, omdat van veel taxi’s de kentekens tijdelijk geschorst werden en de verzekeringen dus eveneens voor die periode werden stilgezet. Intussen ging Drivestar als nieuwkomer in de taxisector op zoek naar een partij om mee samen te werken. Daarbij kwam het bedrijf uit bij Cabman. Het overgrote deel van de Nederlandse taxi’s is uitgerust met een boordcomputer taxi (BCT) van deze producent. “Dat heeft geleid tot een samenwerking, waarbij de data uit de BCT’s van Cabman wordt gebruikt om met onze programma’s tot een score voor het rijgedrag te komen”, aldus Hissink.

Hij geeft aan dat Drivestar in deze fase geschikt is voor bedrijven met taxivloten. “In de toekomst willen we dit ook aan individuele taxiondernemers aanbieden, maar die hebben nu vaak niet het Cabman-abonnement voor datacommunicatie dat nodig is om het gebruik van ons systeem mogelijk te maken. Taxibedrijven met meerdere voertuigen hebben dat vaak wel. Er lopen al enkele pilots met taxibedrijven en we zijn nu klaar om de rest van de markt te gaan bedienen.”